← Al het nieuws

Op naar de arm (deel II): kabinet publiceert Nederlandse COVID-vaccinatiestrategie

, , ,

Langzaam maar zeker wordt hopen vertrouwen: na de jaarwisseling hebben we misschien wel de beschikking over de eerste coronavaccins. Hoera! Die vaccins moeten vervolgens zo snel mogelijk de juiste arm in. Dat is geen sinecure, dat vergt een nationaal vaccinatieplan, zo merkten we vorige week al op. We waren dan ook blij verrast toen minister De Jonge vrijdagmiddag de Nederlandse COVID-vaccinatiestrategie de ether in slingerde. We legden het plan langs de meetlat: is dit het felbegeerde integrale plan om de giga vaccinatie-uitdaging in goede banen te leiden? Spoiler alert: HollandBIO is er nog niet helemaal gerust op.

In zijn COVID-vaccinatiestrategie pleit het kabinet voor een wendbare Nederlandse aanpak en strategie. Er zijn, in samenwerking met verschillende partijen, meerdere scenario’s in voorbereiding. Check tot zover. Het kabinet wil waar mogelijk gebruik maken van bestaande structuren, én via kleinschalige distributie prioritaire groepen voorzien van een vaccin. Dat klinkt in eerste instantie handig en veilig. Maar is het wel realistisch? Een pandemie en bestaande structuren staan op gespannen voet, leerden we van het contactonderzoek, het inkoop-, en het testbeleid. Maar corona en kleinschalig, dat is helemaal een contradictio in terminis.

Reken maar even met ons mee. De door de Gezondheidsraad aangewezen prioritaire doelgroep bestaat in totaal uit maar liefst 6,5 miljoen mensen, die, afhankelijk van welke vaccins als eerste beschikbaar zijn, waarschijnlijk tweemaal een prik moeten krijgen. Dat maakt 13 miljoen vaccinaties.Ter vergelijking, in 2019 ontvingen zo’n 3,1 miljoen mensen uit diezelfde doelgroep de griepvaccinatie. Dat is één prik, met één vaccin, en ook dat is elk jaar weer een fikse opgave. Het getal 13 miljoen zou dus al voldoende moeten zijn om deze deelvaccinatiecampagne als grootschalig te bestempelen. Tel daar een paar pandemie-eigen complicerende factoren bij op. Het moet namelijk wel een beetje snel, want we willen liever vandaag dan morgen terug naar normaal of op z’n minst normaler. Met het oog op de schaarste, komen de vaccins daarbij zeker het eerste jaar van verschillende leveranciers, in verschillendedeelleveringen van verschillende omvang. Die vaccins hebben een verschillend, nog onbekend, profiel voor verschillende (deel)doelgroepen, en moeten, al dan niet via distributiecentra, vervoerd worden naar uiteenlopende (zorg)locaties, onder verschillende condities. Dat levert al met al een duizelingwekkend logistiek plaatje op, met een schier oneindig aantal mogelijke scenario’s, combinaties en leveringen. En last but not least, één persoon moet hetzelfde vaccin twee keer krijgen, en mogelijke bijwerkingen en liefst effectiviteit moeten nauwgezet geregistreerd worden. Ga er maar aan staan, kleinschalig binnen je reguliere structuren, naast je reguliere takenpakket.

We geven toe, het is onrealistisch om te verwachten dat de vaccinatiestrategie pasklaar zou zijn. We begrijpen dat cruciale gegevens – en de vaccins zelf – nog ontbreken, wat maakt dat we varen in dichte mist. Maar inzetten op kleinschalig en regulier is dat zeer zeker ook. Hoeveel en welke menskracht, hoeveel en welke middelen en hoeveel en welke distributiecentra maakt het kabinet vrij om dit huzarenstuk in goede banen te leiden? En hoe? De vaccinatiestrategie licht een tipje van de sluier op hoe het kabinet in de wedstrijd zit, maar veel van onze vragen blijven vooralsnog onbeantwoord.

Met een kleine steek van jaloezie kijken we naar de plannen van Duitsland, waar centraal aangestuurde distributiecentra worden klaargestoomd, benodigdheden worden ingekocht en mobiele teams worden ingesteld om de vaccinaties naar de arm van bestemming te begeleiden. Om pas later, als er vaccins in overvloed zijn en de coronavaccinatie daadwerkelijk business as usual is, ingebed te worden in de reguliere – zo je wil kleinschalige – infrastructuur. Deutsche Gründlichkeit, kortom.