← Al het nieuws

De prijs van innovatie: tel uit je (gezondheids)winst!

, , ,

Geneesmiddelen en winst – het is en blijft een thema dat garant staat voor hoogoplopende gemoederen. De afgelopen weken was het niet anders. Twee ngo’s hekelden de prijsstelling van twee van de meest succesvolle biotech interventies ooit: een ontstekingsremmer van AbbVie tegen heftige auto-immuunziektes zoals reuma en de coronavaccins van Pfizer/BioNTech en Moderna. Helaas spraken zowel SOMO als de Stichting Farma ter Verantwoording slechts schande van het – inderdaad – ongeëvenaarde commerciële succes van de producten, maar lieten ze de eveneens ongeëvenaarde gerealiseerde gezondheidswinst onbenoemd. En dat terwijl in de geneesmiddelensector het één nooit zonder het ander kan bestaan.  

Zonder patiënt geen rendement, zo schreven we eerder naar aanleiding van het onderzoek naar het financiële ecosysteem van geneesmiddelenontwikkeling, uitgevoerd in opdracht van het ministerie van VWS. De hoofdconclusie: geneesmiddelenontwikkeling duurt lang, kost veel geld, is risicovol en vergt samenspel van vele partijen. Zo’n enorme uitdaging ga je natuurlijk alleen aan wanneer je ervan overtuigd bent dat je uitvinding die moeite waard is: dat je er op een dag daadwerkelijk patiënten mee kan helpen. Gezondheidswinst is de drijfveer, financieel rendement een essentiële randvoorwaarde (en zeker geen pijnlijke openbaring, minister Kuipers, laten we elkaar hierin niet verliezen).  

Voor de producent volgt financieel rendement enkel wanneer de maatschappij bereid is om te betalen voor de aanschaf van het eindproduct, doorgaans via het verzekerde pakket. Om dat te bepalen gaat Nederland bepaald niet over één nacht ijs, getuige onze analyse van het vergoedingslandschap en de bijbehorende oplopende doorlooptijden. Bottom line: geneesmiddelen moeten aantoonbaar kosteneffectief zijn willen we als maatschappij de rekening betalen. Met andere woorden: de – bewezen! – gezondheidswinst moet in verhouding zijn met de prijs. De producten die nu door de ngo’s op de korrel worden genomen, hebben die toets glansrijk doorstaan. De covid-vaccins hebben letterlijk de wereld van het slot gehaald. En de ontstekingsremmer heeft patiënten over de hele wereld hun leven teruggegeven en een kentering gerealiseerd in de zorg voor patiënten met een veelheid aan ontstekingsziekten. Het behandelarsenaal groeide snel: in het succesvolle kielzog traden diverse vergelijkbare medicijnen toe tot het pakket. En het mooiste: inmiddels is het geneesmiddel uit patent en betalen we nog slechts een fractie van de initiële prijs – terwijl de geleverde gezondheidswinst tot in de lengte der dagen onverminderd groot is. Een goeie deal, al met al.  

Is er dan niets aan de hand? Geen wolkje aan de lucht? Tuurlijk niet. In de zorg (en elders) wemelt het van conflicterende (deel)belangen. Laten we die olifant in de kamer dan ook gewoon benoemen. Het vinden van balans is in het huidige zorgsysteem zelfs de enige weg naar succes. 

Enerzijds is er het spanningsveld rondom de prijsstelling tussen producent en klant. Een bedrijf wil na het succesvol afleggen van die ellenlange, risicovolle en kostbare ontwikkelroute natuurlijk zo veel mogelijk geld verdienen, ter compensatie van mislukkingen, om bedrijfslasten te dragen, om continuïteit te waarborgen, om aandeelhouders tevreden te stellen, om vervolgfinanciers aan te trekken en om te investeren in onderzoek en ontwikkeling etc. etc.. De “klant”, in dit geval de overheid en zorgverzekeraars namens de premiebetaler, maar ook de ziekenhuizen, willen juist zo min mogelijk geld uitgeven aan geneesmiddelen. Ons hele vergoedingslandschap is ingericht om de balans te vinden tussen gezondheid en betaalbaarheid – al moet de lat in de praktijk meestal lager. Vinden we die balans niet, dan zijn er enkel verliezers te betreuren: zowel patiënt als bedrijf. 

Anderzijds is er het hete hangijzer van winst. Het moge duidelijk zijn dat het voor bedrijven noodzakelijk is om meer geld te verdienen dan strikt noodzakelijk is om het medicijn te produceren – om winst te maken dus. Het is immers hoogst onzeker of investeringen wel renderen en er staat veel op het spel. Soms groeien de bomen tot in de hemel, vaak is het roeien met de riemen die je hebt. Bij multinationals volgen na een tegenvaller ontslagrondes en reorganisaties om alsnog goede cijfers te realiseren. Bij kleinere bedrijven, die vet op de botten en de luxe van risicospreiding ontberen, volgt niet zelden een vijandige overname, sluiting of faillissement. De ophef ontstaat echter alleen bij de hoge bomen, en altijd achteraf, als succes een feit is. Begrijpelijk, maar ook wat makkelijk; risico en waarde zijn in biotech immers omgekeerd evenredig. Als we van te voren zouden weten welk product een doorslaand succes wordt, hoefde succes niet zo vorstelijk beloond te worden om de return on investment van de sector te redden. 

Door al die spanningen over en weer zijn we in een wapenwedloop beland. De betaler werpt steeds meer drempels op om kosten te besparen, waarmee de kans dat een geneesmiddel de patiënt ooit bereikt slinkt en slinkt…, waarop de producent zich gedwongen ziet de prijs te verhogen, waarop meer maatregelen volgen. We zeiden het eerder en we zeggen het weer: oplossingen die daadwerkelijk het gewenste resultaat opleveren, zijn maatregelen die de route van lab naar patiënt versnellen en verbeteren. Dat vergt – naast een systeemtransitie – vertrouwen en respect voor ieders onmisbare rol in succes, inclusief drijfveren en randvoorwaarden. 

Intussen maakt de queeste naar wat al dan niet maatschappelijk, gewetenloos of zelfs illegaal is, de tongen los. Van schreeuwerige chocoladeletters en ingebakken wantrouwen, tot relativering en bespiegeling. De juristen van de Stichting Farma ter Verantwoording stappen voor het antwoord naar de rechter. Al valt te betwijfelen of die stap uitsluitsel geeft – laat staan meer betaalbare gezondheidswinst – we kijken belangstellend uit naar het verdict.  

Ligt geneesmiddelontwikkeling jou na aan het hart? Denk mee over hoe het sneller en beter kan tijdens het Challenge the Status Quo-event op donderdag 16 maart.