← #nieuws

Subsidie langs de meetlat: Sluit de SRGO aan bij biotech?

, , ,

Subsidies spelen een cruciale rol in het mogelijk maken van biotech innovatie, waar ontwikkeltrajecten vaak lang, risicovol en kapitaalintensief zijn. Toch is het voor biotech bedrijven moeilijk een subsidieregeling te vinden die aansluit op hun unieke behoeften. Wat hollandbio betreft voldoet een succesvolle subsidieregeling aan zes voorwaarden. Benieuwd in hoeverre De Subsidieregeling Regeneratief Geneeskundige Onderzoeksprojecten (SRGO) aansluit bij de behoeften van biotech? In een infographic scoren we deze subsidie op een schaal van 1 tot 10.

De Subsidieregeling Regeneratief Geneeskundige Onderzoeksprojecten (SRGO) stimuleert mkb’ers en wetenschappelijke instellingen om samen te werken aan onderzoek en ontwikkeling van nieuwe producten of diensten in de regeneratieve geneeskunde. De regeling is bedoeld voor consortia waarin minimaal één mkb-ondernemer en één wetenschappelijke instelling samenwerken aan een project. De SRGO biedt een combinatie van een lening en een subsidie tot maximaal €3 miljoen per project. Mkb-ondernemers ontvangen een lening van maximaal 50% van het totale bedrag voor eigen onderzoekskosten. De kennisinstellingen ontvangen een subsidie van tussen de 25% en 100%, afhankelijk van het soort onderzoek dat zij uitvoeren (fundamenteel, industrieel of experimenteel).

Wil een subsidie zoals de SRGO aansluiten bij biotech, dan moet die wat hollandbio betreft aan de volgende zes voorwaarden voldoen:  

  1. De regeling maakt vervolgfinanciering interessant, zodat investeerders vertrouwen houden en bedrijven de lange weg van lab naar markt kunnen voltooien.  
  2. De voorwaarden rond intellectueel eigendom (IP) zijn innovatie- en marktgericht, zonder knellende afspraken, publicatie-eisen of pandrechten die investeerbaarheid ondermijnen.   
  3. De verhouding tussen administratieve lasten en het subsidiebedrag is in balans. Het subsidiebedrag is groot genoeg om impactvolle investeringen mogelijk te maken en niet te complex, zodat ondernemers niet afhaken. 
  4. De regeling zet de ondernemer centraal. Ondernemers hebben zeggenschap over het project, zodat de samenwerking bijdraagt aan hun R&D-ambities en inhoudelijk relevant is voor de markt.  
  5. De beoordelingsprocedures zijn snel en flexibel, zodat projecten op het juiste moment kunnen starten om daadwerkelijk impact te maken.  
  6. Het beschikbare budget is toereikend en bereikbaar voor start- en scaleups, zodat kwalitatief goede projecten van groeiende bedrijven niet onnodig worden afgewezen.   

Hoe scoort de SRGO?

Wanneer we de SRGO langs onze meetlat leggen, zien we een gemengd beeld.

Het ophalen van vervolgfinanciering wordt met de SRGO niet makkelijk gemaakt. Waar een kennisinstelling tot wel 100% subsidie kan ontvangen, kan een bedrijf alleen een lening krijgen. Deze lening heeft een rente van 3% plus een opslag van 15% aan het eind van het project. Ook mag gedurende de looptijd van de lening geen uitkering worden gedaan aan aandeelhouders. Dit levert een score op van 2 uit 10.

Ook op het gebied van IP-bescherming scoort de SRGO laag: 3 op 10. De regeling legt een sterke nadruk op kennisdeling, en verplicht toepassing van de principes van Maatschappelijk Verantwoord Licentiëren. Hierdoor heeft de kennisinstelling veel invloed op het IP dat tijdens het project ontstaat. Hoewel vooraf afspraken mogelijk zijn, pakt dit zelden gunstig uit voor ondernemers.

De administratieve last is een behoorlijke papierwinkel, al is die in verhouding tot de omvang van de te verkrijgen lening wel de moeite waard. De consortiumovereenkomst, leningsovereenkomst met RVO, jaarlijkse rapportages en het uitgebreid eindverslag met verplichte accountantsverklaring eisen veel tijd en kennis van mkb-ondernemers. Daarnaast wordt het subsidiebedrag  niet in een keer uitgekeerd, maar in delen op basis van vooraf afgesproken mijlpalen. Dit levert een krappe voldoende op: 6 op 10.

Wat betreft zeggenschap scoort de SRGO een 4 op 10. Want hoewel de mkb-ondernemer penvoerder is, is de speelruimte klein. Strakke projecteisen, waaronder vaste begin-, midden- en eindmijlpalen, een minimum van 10% fundamenteel onderzoek en verplichtingen rond het aantal en type samenwerkingspartners, verkleinen de scope en pivoteerruimte.

De doorlooptijd is standaard 13 weken na sluiten van de aanvraagperiode. Dat is netjes en levert wat ons betreft een score op van 8 op 10.

Ook het budget is prima. Voor de bedrijven die aan de eisen voldoen is voldoende budget beschikbaar, dus geven we dat een 8 op 10.

Samenvattend is de SRGO vooral interessant voor consortia met een sterke onderzoekscomponent, en biedt zij voor marktgerichte innovatie weinig ruimte. Dit komt onder andere door de scheve en onwenselijke verdeling van bekostiging, waarbij bedrijven uitsluitend een lening krijgen en kennisinstellingen tot wel 100% subsidie kunnen ontvangen. Willen we écht werk maken van het toepassen van biotech in regeneratieve geneeskunde, dan moet deze regeling wat ons betreft meer ruimte bieden voor ondernemerschap. Innovaties naar de markt brengen is al complex genoeg – complexe financieringsstructuren en beperkende IP-voorwaarden helpen niet, maar remmen. Heb jij ervaring met de SRGO, of een andere kijk op deze regeling? Deel je inzichten met ons, dan zorgen we samen dat subsidieregelingen nóg beter gaan aansluiten bij de behoeften van biotech!